De muts is vervaardigd van raffia. Men heeft verschillende vlechttechnieken aangewend. Het grootste gedeelte van het mutsje is volgens de manier van het eenvoudige matjesvlechten gevlochten, namelijk één op één neer. De basisvorm van het mutsje heeft waarschijnlijk op een rechthoek geleken. Toen de gewenste grootte bereikt was is men aan de korte zijden de oorstukken gaan maken. Men is hiervoor overgegaan op een andere vlechttechniek, namelijk het fitsen. Bij het fitsen gaat het om het draaien van twee 'inslagen' rond een serie staken (schering). Iedere staak wordt ingesloten door de twee inslagen. De inslagen kruisen elkaar tussen de staken in. Mogelijk is men bij het maken van de oorstukken als volgt te werk gegaan: men heeft het vlechtmateriaal in bundeltjes strak bijeengedraaid, met het gevolg dat het vlechtwerk aan deze zijden enigszins gerimpeld is, en deze gebruikt als de inslagen rond drie in een halve cirkel liggende waarschijnlijk losse staken. Nadat men drie gefitste ribbels verkregen had is men de gedraaide bundeltjes vlechtmateriaal (de inslagen) gaan vlechten zodat een groot aantal naast elkaar gelegen vlechtbanden ontstonden die aan elkaar genaaid zijn. Echter niet alle bundeltjes zijn tot vlechtbandjes verwerkt, in het middengedeelte van de halve cirkel heeft men na de gefitste ribbels het materiaal afgesneden zodat een opening is ontstaan. De uiteinden van de vlechtbandjes heeft men samen met wat extra raffia, dat om de uiteinden gevouwen is, tot een kwastje verwerkt. Hierin zijn ook de plukjes haar gestoken.
Hoe de kam van het mutsje, die van midden voor naar middenachter loopt, gemaakt is is moeilijk te achterhalen.
De vorm van het mutsje wordt mede bepaald door een licht gebogen stokje dat aan de binnenkant van het mutsje parallel loopt aan de kam en tegelijkertijd met de kam aan het mutsje genaaid is.
Los van het mutsje, maar mogelijk bevestigd geweest aan één van de uiteinden van de kam, is een geknoopt bolletje met gedraaide franje. The hat is made of raffia. Different braiding techniques are used. The largest part of the hat is woven according to the simple mat weaving method, namely one on one down. The basic shape of the hat probably looked like a rectangle. When the desired size was reached the earpieces were made on the short sides. For this another braiding technique was used, the 'fitsen'. Fitting involves twisting two 'wefts' around a series of stakes (warp). Each stake is enclosed by the two wefts. The wefts cross each other between the poles. It is possible that in the making of the earpieces the following procedure was followed: the braid material was tightly twisted together in bundles, with the result that the braid on these sides was slightly wrinkled, and these were used as the wefts around three stakes lying in a semi-circle, probably loose. After obtaining three mitered ridges, the twisted bundles of plaiting material (the wefts) were plaited to form a large number of adjacent plaiting bands that were sewn together. In the middle of the semicircle, the material was cut off after the ribs had been sewn so that an opening was created. The ends of the braid bands were made into a tassel together with some extra raffia, which was folded around the ends. It is difficult to find out how the comb of the cap, which runs from middle front to middle back, was made. \The shape of the cap is partly determined by a slightly curved stick which runs parallel to the comb on the inside of the cap and was sewn to the cap at the same time as the comb.\Loose from the cap, but possibly attached to one of the ends of the comb, is a knotted ball with twisted fringe.
- Place Discussed
- Central African Republic
- Published in
- Central African Republic
- Reference
- TM-A-11080
- Rights URI
- http://rightsstatements.org/vocab/InC/1.0/
- Source
- Europeana https://www.europeana.eu/en/item/2048221/europeana_fashion_185628